Heden ten dage...
Adres | Terworm 5 |
Postcode | 6411 RV |
Plaats | Heerlen |
Gemeente | Heerlen |
Provincie | Limburg |
Coördinaten RD | 194550,322350 |
Coördinaten WGS84 | 50.889517,5.949694 |
Bestemming | Horeca |
Commentaar ? | Uw opmerkingen |
Datum gegevens | do 23 juni 2022 |
Gezien (12 mnd) | 281 |
Aanpassingen (>2019): | Gewijzigd |
Functies:
zalenverhuur / feesten
hotel / restaurant
trouwlocatie
zalenverhuur / vergaderingen
Over van middeleeuwse toestand:
In het najaar van 1997 is een omvangrijke restauratie gestart, waarbij het gehele kasteel met voorburcht in gebruik is genomen als hotel-restaurant. De reeds in 1890 bedoelde symmetrie, die nooit afgemaakt is, werd nu wel uitgevoerd. De uitbreiding aan de noordzijde met arkeltorentje is gedurende deze restauratie aangebracht.
Momenteel is de franse tuin, origineel aangelegd door Maximiliaan Willem van Belderbusch, weer in volle glorie hersteld.
Geschiedenis
Voldoet aan definitie | voldoet niet, niet verdedigbaar |
Etymologie:
Het deel van de Geleenbeek waaraan het kasteel ligt, heette vroeger de Ge(i)tsbach, tevens de naam van het jonkersgeslacht Van Geitsbach, dat in de schriftelijke bronnen teruggaat tot de tweede helft van de 14de eeuw. In de eerste helft van de 15de eeuw heetten de bezitters van het Keulse leengoed Geitsbach Van Geitsbach genaamd tot der Worm. Zij bezaten ook goederen in of nabij het Duits-Nederlandse grensriviertje de Worm. Uit het leenregister uit de 15de eeuw blijkt de geslachtsnaam Tzo der Worm of Van der Worm overgegaan te zijn op het leengoed en krijgt het kasteel de naam Terworm.
(Bouw)fase 1 - 1400 t/m 16e eeuw, 2e kwart
Typologie |
Zaaltoren |
Zichtbare toestand: |
Intact |
Bewoond door: |
Familie |
Op grond van het bouwhistorische onderzoek is het kasteel waarschijnlijk gesticht rond 1400. Het toen gebouwde huis past goed in het beeld van de kleinere, laatmiddeleeuwse kastelen. Het oorspronkelijk in mergel opgetrokken complex bestaat uit een zaalvleugel met daarvoor een binnenplein. De zaalvleugel had een voor dit type gebouw een karakteristieke onderverdeling in een éénderde en een tweederde deel. Een grote en een kleine toren begrenzen het binnenplein. De toegangspoort werd waarschijnlijk geflankeerd door een bescheiden houten poortgebouwtje.
Uit het archeologische onderzoek kwam naar voren dat de buitengevels van het kasteel zonder talud (een aanaarding) in de gracht waren geplaatst. Ook de vele herstellingen en inboetingen bij het onderste deel van de buitenmuren uit de eerste fase duiden hierop.
De situering aan de noordrand van het dal aan de voet van een heuvel wijst op een geringe verdedigbaarheid. Een mogelijke belegeraar kon vanaf de heuvel achter het kasteel op het binnenplein van het kasteel kijken. Des te opvallender is dat de grote toren niet naar de meest bedreigde zijde is toegekeerd, maar naar de andere, minder bedreigde zijde. De architectuur van kasteel Terworm moet in de eerste plaats worden gezien als een uiting van status. De verdedigbaarheid beperkte zich tot het buiten de poort houden van kleinere, ongeorganiseerde troepen.
In het midden van de 16e eeuw afgebrand.
(Bouw)fase 2 - 16e eeuw, 2e kwart t/m 1890
Typologie |
Zaaltoren |
Zichtbare toestand: |
Intact |
Bewoond door: |
Familie |
(Bouw)fase 3 - 1890 t/m heden
Typologie |
Zaaltoren |
Zichtbare toestand: |
Intact |
Bewoond door: |
Familie |
Omstreeks 1890 verbouwd in neogotische stijl.
Bezitgeschiedenis:
De eerste bekende bezitters van het kasteel Terworm was het geslacht van Geitsbach, dat tevens eigenaar was van het gelijknamige goed Geitsbach. In de vijftiende eeuw is Dirk van Palland, scholtis van Heerlen, de eigenaar. Hierna komt het goed in handen van het geslacht van Wijlre die het tot 1738 in bezit hielden.
Ergens halverwege de zestiende eeuw is het kasteel vrijwel volledige afgebrand. Alleen de eerste vier meter van het kasteel bleven in het oorspronkelijke mergel en Kunradersteen bestaan. De herbouw, uitgevoerd door de familie van Wijlre, geschiedde in baksteen en om het verschil tussen de mergel en de baksteen te verhullen werd het gebouw witgeschilderd. Begin achttiende eeuw moderniseerde deze familie eveneens de meeste bijgebouwen door deze grotendeels uit vakwerk opgetrokken bouwwerken te verstenen. Halverwege de 18e eeuw komt het kasteel in handen van het geslacht van Heyden genaamd van Belderbusch. Maximiliaan Willem van Belderbusch verbouwde het slot. Hij brengt de hardstenen omlijsting aan en de brug aan de oostzijde van het kasteel. Hij laat tevens de siertuin in Franse stijl aanleggen door L. Fuchs uit Brussel. In het begin van de 19e eeuw komt het kasteel in handen van de baronnen van Loë. Het is vooral deze familie die veel nabijgelegen goederen en boerderijen aankoopt, waarmee het goed Terworm flink wordt uitgebreid.