Geschiedenis
Voldoet aan definitie | voldoet |
(Bouw)fase 1 - 1276 t/m 1304
Typologie |
Rechthoekig kasteel |
Afm. hoofdburcht (m) |
20 x 25 |
Zichtbare toestand: |
Intact |
In 1304 wordt het kasteel definitief geslecht. Dit is de straf voor Jan van Aemstel voor het doden van Floris V.
(Bouw)fase 2 - 1304 t/m heden
Typologie |
< Geen > |
Zichtbare toestand: |
Ondergronds |
In 1304 geslecht.
Bezitgeschiedenis:
In 1226 noemt Gijsbrecht II zichzelf voor het eerst "dominus" (heer) van Amestelle. De Van Aemstels stellen zich steeds onafhankelijker tegenover de bisschop van Utrecht op en proberen de graaf van Holland en de bisschop van Utrecht tegen elkaar uit te spelen. Gijsbrecht III zwoer samen met opstandige boeren tegen Utrecht en werd in 1252 gebonden achter het paard van de bisschop Utrecht binnengesleurd.
Zegel van Gijsbrecht IV, hangende aan de zoenbrief van de heren van Aemstel met graaf Floris V, 27 oktober 1285.
Het kasteel is mogelijk gebouwd in 1288 door graaf Floris V om de Friezen en Gijsbrecht van Amstel eronder te houden.[Oosten,2022:152]
Gijsbrecht IV wordt daarentegen één van de machtigste mannen van het Sticht, maar wordt leenman van Floris V. Hij komt in 1296 ten val na de samenzwering die leidde tot de moord op Floris V.
Historische betekenis:
In geen enkel document is een duidelijke aanwijzing te vinden voor de plaats van het tweede kasteel van de familie van Aemstel. In de 17de eeuw meende Pontanus dat deze aan de westzijde van het Damrak stond. In 1564 was Antonis Jansz. Bontekoe aan de Nieuwendijk, bij het huis Hindelopen (Nieuwendijk 155), ten zuiden van de Dirk van Hasseltssteeg, gestuit op zware fundamenten van kloostermoppen. In de 19de eeuw meende Jan ter Gouw dat het in 1204 verwoeste kasteel in Ouderkerk stond, maar dat Gijsbrecht III en IV en Jan van Aemstel in Amsterdam resideerden. Dit kasteel stond aan de Nieuwendijk, ten zuiden van de Dirk van Hasseltssteeg, omdat in 1333 grond op die plaats door de Graaf van Holland werd verkocht. (De sloop van de resten van het kasteel zou dus in 1333 hebben plaatsgevonden.) Dit werd in 1920 bevestigd door de vondst ter plaatse van grote kloostermoppen. Echter, prof. Brugmans schreef in 1933 dat het kasteel niet heeft bestaan omdat er "geen spoor in historische documenten" van te vinden is. Brugmans boek is op dit punt ongewijzigd herdrukt in 1972. Dit is onder historici nog de gangbare opvatting. Immers, pas in 1305 werd door de baljuw van Amstelland voor het eerst een schout voor Amsterdam aangesteld. Amestelle is dan inmiddels door de nieuwe parochiekerk in twee delen gesplitst: Ouder- en Nieuwer-Amstel (resp. Ouderkerk en Amstelveen). Daarvóór lijkt Amsterdam relatief onbelangrijk.
Na de vondst van het Amstelslot in 1994 brak een felle discussie tussen historici uit. De historici zijn van mening dat Jan Baart een verdedigingswerk, mogelijk een kasteel, uit het einde van de 13de eeuw heeft gevonden, gebouwd in opdracht van een heer van Aemstel of de graaf van Holland, maar dat hét kasteel van de Van Aemstels in Ouderkerk stond (op de heuvel van de Portugees-Israëlietische begraafplaats).
Archeologisch onderzoek:
Het betreft een versterking in de vorm van een ommuurd terrein met hoektorens, gelegen aan de kop van de nederzetting aan het IJ en de Amstel. De 13e-eeuwse muren behoren tot het oudste (nu bekende) bouwwerk van Amsterdam. De eerste resten werden hier in 1994 aangetroffen bij de aanleg van de parkeergarage op de Kolk. De opgegraven muurpartij met steunberen en een hoektoren bleek de westzijde te zijn van een grotere trapeziumvormige ommuring langs de Nieuwendijk. Nadat grondradaronderzoek in 1996 aanwijzingen had gegeven over de ligging ervan onder de huidige bebouwing werd een tweede opgravingscampagne georganiseerd waarbij een tunnel onder het pand Nieuwendijk 134-136 werd gegraven. Hier is de noordwerkhoek van de ommuring en de aansluitende noordmuur met een flankeertorentje en de imposante noordoostelijke hoektoren blootgelegd.
Combinatie van opgravingsgegevens en radarbeelden leidt tot een voorlopige reconstructie van een ommuurde burcht van 25 bij 20 meter. De buitenmuur is mogelijk vijfhoekig waarbij de ingang tot het binnenterrein waarschijnlijk aan de zuidoostzijde lag, gericht naar de Nieuwendijk. Aan de noordkant van het binnenterrein tonen de radarbeelden bouwresten die mogelijk tot de woontoren van de burcht behoren. De mogelijke overblijfselen van poort en woontoren liggen nog verborgen onder de percelen langs de Nieuwendijk